fbpx
kies regio:

Bevindingen van de eerste fase van het Re-InVEST project

Immense menselijke schade van crisis en sociale desinvesteringen voor kwetsbare doelgroepen in Europa.

reinvestgroep 

Niet alleen de crisis zelf, maar vooral de harde besparingen op sociale uitgaven, hebben een blijvende schade aangericht in het leven van heel wat kwetsbare mensen in Europa. Depressies, uiteengevallen gezinnen, zware gezondheidsschade, zelfdodingen, massale uithuiszettingen, stijgende dakloosheid ... zijn zoveel tragedies die wijzen op een erosie van fundamentele rechten. Die schade is vaak hetzij onherstelbaar, hetzij zeer langdurig. De cijfers zeggen op dit vlak niet zo veel; kwalitatief onderzoek des te meer. Het wordt dringend tijd voor een ‘sociaal her-investeringsbeleid’.

Dit zijn de bevindingen van de eerste fase van het Re-InVEST project (www.re-invest.eu) dat in 13 Europese regio’s wordt gevoerd. Op elke locatie hebben gemengde onderzoeksteams van academici, professionelen uit de sociale sector en mensen uit kansarme groepen een half jaar lang samen gereflecteerd over de impact van de crisis en het besparingsbeleid. Het kernbegrip van het onderzoek is ‘sociale investeringen’: dat zijn sociale uitgaven die een duurzaam effect hebben op de levenskwaliteit. Omgekeerd betekenen sociale desinvesteringen een afbouw van die uitgaven, en een vernietiging van menselijk, sociaal en cultureel kapitaal op langere termijn. Enkele voorbeelden:

Terwijl de crisis de gemiddelde jongere aanzet om langer te studeren, merken we dat de meest kansarme jongeren precies vaker voortijdig de school verlaten: enerzijds om het inkomen van hun gezin op te krikken wanneer ouders hun werk verliezen, anderzijds omdat ze merken dat zij zelfs met een diploma achteraan in de wachtrij voor jobs blijven staan. Hier en daar hebben overheden die schooluitval nog bespoedigd door meer schoolkosten door te schuiven naar gezinnen, studietoelagen of gratis maaltijden af te schaffen, of dorpsschooltjes te sluiten.

Het wordt voor kansarme gezinnen (en migranten in het bijzonder) steeds moeilijker om fatsoenlijke huisvesting te vinden. Gevolg: meer ghetto-vorming in verloederde en onveilige buurten, meer blijvende gezondheidsschade door vochtige, slecht verluchte en verwarmde huisvesting, meer zwerfgedrag en dakloosheid, meer schuldoverlast met uithuiszettingen tot gevolg.

Groeiende armoede leidt tot slechtere voeding en huisvesting, en bijgevolg tot gezondheidsschade. Tegelijk wordt overal in Europa bespaard in de gezondheidszorgen. Als geneesmiddelen onbetaalbaar worden (vooral voor chronisch zieken) stoppen mensen met hun medicatie te nemen en verhoogt het risico op crisissen. Men stelt vaker noodzakelijke ingrepen uit. In sommige landen onstaat een heuse standen-geneeskunde, waarbij armen minder betalen maar jaren moeten wachten op behandeling.

De crisis op de arbeidsmarkt heeft vooral in Zuid- en Oost-Europa geleid tot meer hyperflexibiliteit en uitbuiting. Heel wat mensen zijn opgebrand of mentaal onderuit gegaan. Het aantal depressies als gevolg van uitputting en/of werkloosheid neemt toe.

Dit alles weegt op de gezinsrelaties, waardoor gezinnen uiteenspatten. Volwassenen migreren op zoek naar werk, maar kunnen zich niet permitteren om hun partner, kinderen of hulpbehoevende ouders mee te nemen. Werklozen grijpen naar alcohol of drugs en worden door hun familie verstoten. Tegelijk wordt bespaard in de mentale gezondheidszorgen zodat zelfs gezondheidswerkers overbelast geraken en onderuit gaan.

Op alle fronten wordt de vrijheid van mensen ingeperkt: met een sub-minimaal budget kan je al niet meer kiezen wat je koopt. Maar de sociale hulpverlening wordt ingeperkt door steeds meer voorwaarden op te leggen, en de arbeidsbemiddeling verplicht werkzoekenden om elk aanbod van werk of opleiding te accepteren, ongeacht of het verzoenbaar is met de gezinsverantwoordelijkheden, gezondheid, vaardigheden en aspiraties van mensen. Vooral jongeren raken verstrikt in een secundaire, hyper-flexibele arbeidsmarkt tegen lonen beneden de armoededrempel. Verplichte gemeenschapsdienst en zelfs uitbuiting nemen toe.

Het sociale weefsel verzwakt: onveiligheid, wantrouwen, racisme en individualisme nemen toe. Lokale overheden moeten besparen, infrastructuurwerken worden stilgelegd. Openbare diensten verliezen uit het oog dat zij geschapen zijn om de rechten van burgers te waarborgen. Zij stellen zich steeds meer bevoogdend en controlerend op. Kwetsbare mensen voelen zich voortdurend gewantrouwd door hun eigen overheid. Dit leidt tot rancune en antipolitiek.
Voor elk van de opgesomde effecten zijn in het onderzoek niet alleen concrete getuigenissen te vinden, maar ook cijfers en verwijzingen naar verdere literatuur ter validering van de vaststellingen.

Het is duidelijk dat de economische heropleving (die in Zuid-Europa zelfs nog erg precair is) niet meteen zal zorgen voor een herstel van deze enorme schade. Het zichtbaar maken ervan kan echter wel lessen opleveren voor het toekomstige beleid. In de eerste plaats maakt het onderzoek duidelijk dat het sociale investeringsbeleid, gepropageerd door de Europese Commissie, een beleid moet zijn met een langetermijnperspectief: (des)investeringen van vandaag kunnen gevolgen hebben voor een ganse generatie. Bovendien maakt de ervaring van kwetsbare groepen duidelijk dat prioriteit moet gegeven worden aan het veilig stellen van essentiële basisrechten (op voeding, degelijke huisvesting, basisgezondheid, arbeidsbescherming enz.). Beleidsmakers zouden meer aansprakelijk moeten zijn voor de impact van hun beslissingen op dit vlak.

Een meer diepgaande analyse van de crisis leert, dat de economische crisis van 2008 niet als een meteoriet uit de lucht is komen vallen. Er waren reeds jaren voordien roekeloze tendensen merkbaar in het beleid, naar ongebreidelde vermarkting, deregulering, sociale dumping en afbraak van de solidariteitsmechanismen, die minstens geleid hebben tot een verergering van de crisis: denk bv. aan de liberalisering van de publieke diensten, het gebrek aan sociale omkadering van de uitbreiding van de EU, de gebrekkige architectuur van de Europese muntunie… De harde besparingsdoctrine die de Troika (Europese Commissie, Internationaal Muntfonds en Europese Centrale Bank) hebben doorgedrukt in zwakkere lidstaten heeft er zelfs gedeeltelijk de democratie ontwricht. Al deze factoren roepen op tot een vernieuwd sociaal beleid, met de basisrechten van de meest kwetsbare Europeanen als toetssteen.

De 13 onderliggende case studies zijn te vinden op www.re-invest.eu

In de media:


De studiedienst van beweging. net is co-coördinator van het Horizon 2020 Europese onderzoeksproject RE-InVEST.

 

  Deze website werd mede mogelijk gemaakt door
Belfius Bank VDK bank Logo DVV

Wij gebruiken cookies

Wij gebruiken cookies op onze website. Sommige zijn essentieel voor het correct functioneren van de site, terwijl andere ons helpen om de site en de gebruikerservaring te verbeteren (tracking cookies). U kan zelf kiezen of u deze cookies wil toestaan of niet. Let op dat als u onze cookies weigert mogelijk niet alle functies van de site beschikbaar zijn.