94% van geciteerde “subsidies” zijn zorg- en welzijnsbudgetten zoals toegekende zorguren.
Vlaams Parlementslid Lorin Parys van N-VA stapte naar de Persgroepkranten met een pak cijfers onder de arm, over wat hij beweert het middenveld te zijn.
Alleen: de cijfers zijn gigantisch onvolledig, niemand krijgt kop noch staart aan de selectie van cijfers en organisaties. Daarnaast gaat het voor 94% over budgetten voor zorg en welzijn zoals uitkeringen aan zwaar zorgbehoevenden door zorgkassen en thuishulp aan ouderen, uitvoering van door de Vlaamse overheid georganiseerd zorg- en welzijnsbeleid dus. De conclusie dat het middenveld niet moet besparen maar integendeel geld bijkrijgt, is dan ook onjuist. Dat vraagt om rechtzettingen en een juiste kadering.
Onvolledig en selectief
De lijst van organisaties is bijzonder onvolledig, ook voor beweging.net-organisaties, maar vooral: bijzonder selectief. In de selectie van jeugdorganisaties, cultuurverenigingen, … is helemaal geen lijn te trekken. ‘Het is niet correct om zulke selectieve en onvolledige informatie als juiste informatie voor te stellen’, zegt Linde De Corte, algemeen secretaris van beweging.net
Subsidies of zorg- en welzijnsbudgetten?
Even de wel opgenomen cijfers van nabij bekijken. Die gaan voor 94% over zorguren van bijvoorbeeld thuiszorgorganisaties en budgetten van de Vlaamse zorgverzekering. Linde De Corte: ‘Hoe cynisch is het de gezinshulp die een zorgbehoevende thuiswonende oudere krijgt “subsidies aan het middenveld” te noemen? Dat zijn helemaal geen subsidies, maar toegekende zorguren. En de budgetten die de zorgkassen krijgen, gaan naar cash tegemoetkomingen aan zwaar zorgbehoevenden zelf in het kader van de zorgverzekering. Het zijn dus ook geen “subsidies aan het middenveld”, maar zorg- en welzijnsbudgetten die de overheid strikt gereglementeerd toekent voor specifieke taken in het zorg- en welzijnsbeleid.’
Verkeerde conclusie
Op basis van selectieve cijfers die grotendeels zorg- en welzijnsbudgetten zijn en geen subsidies, wordt de conclusie getrokken dat het middenveld ‘100 miljoen euro erbij kreeg en niet moet besparen’. Wanneer steeds meer ouderen thuis blijven wonen, mede op aangeven van de overheid, is het ook nodig dat de overheid extra investeert in welzijn en zorg. ‘Veel ouderen hebben vandaag nog een onbeantwoorde zorgnood en thuiszorgorganisaties moeten hieraan tegemoet kunnen komen. Zo bekeken, is de conclusie van Lorin Parys wel erg verkeerd en uit zijn verband gerukt’, zegt Linde De Corte.
De conclusie dat sociale organisaties en verenigingen ontzien worden bij de besparingen, is niet alleen onjuist door de foute bewijsvoering met zorg- en welzijnsbudgetten, ze is ook inhoudelijk onjuist. Uit de zesde editie van de Barometer van de Verenigingen die de Koning Boudewijnstichting jaarlijks laat maken, wetenschappelijk onderzoek, blijkt dat verenigingen hun structurele subsidies van de overheid steeds meer zien afnemen.
‘Besparingen ontkennen is onzinnig’, zegt Linde De Corte. ‘In de socio-culturele sector wordt de kaasschaafmethode al enkele jaren toegepast, tot 5% besparingen. Dat ontkennen, heeft geen zin. Al kan je met statistiek alles bewijzen, blijkt ook nu.’
‘Laat er geen misverstand over bestaan, het is onze sterkste overtuiging dat het vandaag meer dan ooit nodig is dat de overheid het brede middenveld blijvend ondersteunt en niet verder afbouwt. 1 miljoen vrijwilligers en sociale organisaties zijn en blijven het kloppend hart van het gemeenschapsleven’, besluit Linde De Corte.