Gedachtenwisseling met Guido Vanheeswijck (hoogleraar filosofie UA) bij democratie, taal, de Gutmensch en sociale bewegingen.
De ‘Gutmensch’, een modewoord, maar wat betekent het? Het woord Gutmensch (‘een goede mens’) wordt vandaag vooral gehanteerd door politici van de rechterzijde die de goede mens die wil zorgen voor de vluchtelingen of voor de zwakken afschilderen als naïevelingen.
Meer nog, ze worden verweten te pochen met hun hoog ethisch gehalte terwijl ze in feite de zaken onmogelijk maken. Want volgens diezelfde politici gaat het er nu eenmaal hard aan toe in de wereld en is het onmogelijk alle vluchtelingen op te nemen; ‘Gutmenschen’ worden dan ook verweten niet te weten hoe de wereld in elkaar zit. Ze zouden dus tegelijkertijd naïef zijn en denken dat ze beter zijn dan de anderen. Je krijgt daardoor iets paradoxaals: goede mensen worden weggezet als mensen die de zaken verknoeien. Ngo’s, AZG, mensen die vluchtelingen opvangen, zouden zorgen voor een aanzuigeffect.
De zogenaamd goede mensen maken de zaak uiteindelijk veel slechter. Dat wordt de toonaangevende interpretatie in rechtse kringen. In Duitsland haalt de AFD nu ook 12 à 13%: Merkels uitspraak ‘wir schaffen das’ wordt tegen die achtergrond geïnterpreteerd als de naïeve uitspraak van een ‘Gutmensch’.
Guido Vanheeswijck
Hoogleraar filosofie (UA)